In de wereld van engineering is tijd van onschatbare waarde. SOLIDWORKS biedt tal van ontwerpmogelijkheden en functionaliteiten zodat jij jouw ideeën snel in een 3D model kunt gieten. Maar wist je dat het nóg sneller kan met SOLIDWORKS sneltoetsen? In dit artikel hebben we de meest essentiële en meest gebruikte SOLIDWORKS sneltoetsen voor je op een rij gezet.
Ga direct naar:
Standaard sneltoetsen
Ctrl + N > nieuw bestand aanmaken
Ctrl + O > bestand openen
Ctrl + S > bestand opslaan
Ctrl + W > bestand afsluiten
Ctrl + P > printen (van bijvoorbeeld het huidige scherm)
Ctrl + A > alles selecteren
Ctrl + C > kopiëren
Ctrl + V > plakken
Ctrl + X > knippen
Ctrl + Z > actie ongedaan maken
Ctrl + Y > actie opnieuw uitvoeren
Ctrl + Tab > switchen tussen geopende bestanden
Download onze SOLIDWORKS sneltoetsen CheatSheet
Met deze handige CheatSheet heb je de meest gebruikte SOLIDWORKS sneltoetsen altijd binnen handbereik. Download de CheatSheet en bespaar kostbare tijd tijdens het ontwerpproces!
SOLIDWORKS sneltoetsen voor beeldweergave
Soms is het handig om snel te kunnen switchen tussen verschillende beeldweergaves. Druk op de spatiebalk om de View Selector plus Orientation menu te openen waarin je de gewenste beeldweergave kunt selecteren. Het kan echter nog sneller met de SOLIDWORKS sneltoetsen voor beeldweergave.
Ctrl + 1 > weergave van voren (front view)
Ctrl + 2 > weergave van achteren (back view)
Ctrl + 3 > weergave van links (left view)
Ctrl + 4 > weergave van rechts (right view)
Ctrl + 5 > weergave van boven (top view)
Ctrl + 6 > weergave van onderen (bottom view)
Ctrl + 7 > isometrische weergave (isometric view)
Ctrl + 8 > loodrechte weergave op het dichtstbijzijnde vlak (normal to)
Wil je teruggaan naar de vorige weergave? Druk dan op de volgende toetsencombinatie: Ctrl + Shift + Z.
In sommige situaties is het praktisch om alle geopende bestanden naast of onder elkaar op het scherm in beeld te hebben. Gebruik hiervoor de functies Tile Horizontally en Tile Vertically. Deze functies zijn niet standaard toegewezen, maar dit doe je eenvoudig zelf. Onder “Zelf SOLIDWORKS sneltoetsen instellen?” lees je hoe je dit doet. Gebruik voor Tile Horizontally bijvoorbeeld Shift + H en voor Tile Vertically Shift + V.
Daarnaast kunnen de volgende SOLIDWORKS sneltoetsen van pas komen:
Muiswiel scrollen > in- en uitzoomen op het gebied waar de cursor zich bevindt
F of muiswiel dubbelklikken > het model beeldvullend in beeld brengen (zoom to fit)
G > vergrootglas
FeatureManager design tree
Vooral bij grote samenstellingen komt het weleens voor dat de FeatureManager design tree overvol raakt met informatie. Gelukkig is er een optie om alle uitgevouwen items in één keer samen te vouwen. Ga hiervoor met je muis naar de design tree en druk op Shift + C. Zo worden alleen de hoofditems nog weergegeven en zijn alle onderliggende items verborgen.
Wil je juist dat alles zonder niveaus wordt weergegeven? Druk dan op Ctrl + T. Hiermee activeer je namelijk de Flat Tree view.
Shortcut toolbar
Druk op S om de shortcut toolbar te openen. Dit is een klein extra venstertje met (aanpasbare) commando’s dat zich rechts naast je muisaanwijzer opent. De commando’s in het venstertje variëren afhankelijk van de ontwerpmodus waarin je aan het werk bent: schets (sketch), onderdeel (part), samenstelling (assembly) of tekening (drawing). Om het venster te sluiten druk je op Escape.
Wist je dat de shortcut toolbar bovendien een zoekbalk bevat zodat je direct kunt zoeken naar commando’s? Een andere optie hiervoor is de zoekbalk rechtsboven in beeld. Druk op W en typ het gewenste commando in.
Wist je dat je de commando’s kunt aanpassen aan jouw voorkeuren? Zo heb je de commando’s die je veel gebruikt altijd binnen handbereik. Om de inhoud en indeling van de shortcut toolbar te wijzigen, ga je naar de menu-optie Tools linksboven in beeld. Klik vervolgens op Customize… en ga naar Shortcut bars. Selecteer de toolbar (sketch, part, assembly of drawing) die je wilt wijzigen en sleep de gewenste commando’s naar het kleine venstertje.
Rebuild opties
We raden het aan om altijd de functies (features) bij te werken en op fouten te controleren nadat je wijzigingen in een model hebt aangebracht. Kies uit de verschillende Rebuild opties om dit te doen. Wijzigingen die impact hebben op andere features en daardoor eigenlijk onmogelijk zijn, triggeren namelijk niet altijd een foutmelding.
Met de Rebuild optie controleer je snel op mogelijke fouten. Druk bijvoorbeeld op Ctrl + B om alleen de gewijzigde functies te checken. Wil je dit binnen alle configuraties doen? Druk dan op Ctrl + Shift + B. Voor het rebuilden van alle features (in plaats van alleen de wijzigingen) voer je een Force Rebuild uit. Dit doe je met Ctrl + Q. Daarnaast behoort ook Force Rebuild All Configurations tot de mogelijkheden. Met deze optie worden alle functies in alle configuraties bijgewerkt en op fouten gecontroleerd. De toetsencombinatie hiervoor is Ctrl + Shift + Q.
Mouse gestures
Een andere optie om snel bij de juiste commando’s te komen zijn mouse gestures. Druk de rechtermuisknop in en beweeg de muis iets om een cirkelvormig menu met enkele commando’s tevoorschijn te laten komen. Standaard bestaat het menu uit vier commando’s, maar in de instellingen kun je ook kiezen voor een configuratie met twee, drie, acht of twaalf commando’s.
Ook hier zijn de beschikbare commando’s afhankelijk van de geselecteerde ontwerpmodus. Daarnaast kun je het wiel altijd naar wens aanpassen via Tools > Customize… > Mouse Gestures.
Selection Filter toolbar
Een sneltoets die ook niet mag ontbreken in de lijst is F5. Met deze toets wordt de Selection Filter toolbar geactiveerd en onderin beeld zichtbaar. Binnen deze toolbar vind je verschillende selectiefilters, zodat je bijvoorbeeld alleen alle vlakken, assen of middellijnen kunt selecteren. Enkele filters zijn tevens met een toets te activeren, zoals X voor vlakken (faces), E voor randen (edges) en V voor punten (vertices).
Omdat het voor kan komen dat je per ongeluk een filter aanzet, is ook F6 een onmisbare sneltoets. Hiermee deactiveer je met één druk op de knop alle actieve filters.
Bodies verbergen/weergeven
Ook de zichtbaarheid van bodies kun je met een sneltoets aan- of uitzetten. Dit is handig wanneer je een body die deels overlapt met een andere body wilt bewerken. Ga hiervoor met je muis naar de body die je wilt verbergen en druk op Tab. Wil je de body opnieuw weergeven? Ga dan naar de plek waar deze body eerder zichtbaar was en druk op Shift + Tab om deze weer tevoorschijn te toveren.
Herinner jij je niet meer waar alle verborgen bodies zich bevinden? Druk dan op Ctrl + Shift + Tab en houd de toetsen ingedrukt om alle onzichtbare bodies tijdelijk in transparante vorm zichtbaar te maken. Je hoeft nu alleen op de gewenste body/bodies te klikken om deze weer permanent zichtbaar te maken.
Andere handige SOLIDWORKS sneltoetsen
Wil je al je recente projecten snel kunnen inzien? Druk dan op R om een dialoogvenster te openen met de laatst geopende bestanden. Tip: pin de bestanden die je het vaakst gebruikt vast. Op die manier blijven ze altijd bovenaan de lijst staan en worden ze niet overschreven door projecten die je recenter hebt geopend.
Ook handig om te weten: met Enter kun je het laatste commando herhalen.
Met Ctrl + linkermuisknop klikken kun je meerdere entiteiten selecteren. Wil je snel een nieuwe plane creëren op basis van een al bestaande plane? Dan kun je dit eenvoudig doen met Ctrl + linkermuisknop slepen.
Heb je onze handige SOLIDWORKS sneltoetsen CheatSheet al gedownload? Vraag hem hiernaast aan >
Zelf SOLIDWORKS sneltoetsen instellen?
Een veelgebruikte custom toewijzing is N in plaats van Ctrl + 8 voor de Normal To beeldweergave. Voor de isometrische weergave wordt vaak I toegewezen, in plaats van Ctrl + 7. Standaard kun je met de I-toets binnen de zoekbalk rechtsboven in beeld zoeken naar opgeslagen bestanden en modellen.
Indien gewenst kun je de lijst met toegewezen SOLIDWORKS sneltoetsen printen, zodat je deze makkelijk terug kunt vinden.
